De Japanse Duizendknoop en de Reuzenberenklauw zijn niet-inheemse planten (exoten) die om verschillende redenen bestreden moeten worden.
De Japanse Duizendknoop overwoekert alle andere planten en levert schade op aan natuur, wegen en gebouwen.
De Reuzenberenklauw overwoekert eveneens alle andere planten maar levert bovendien gezondheidsrisico’s op.

Op dit moment worden de Japanse Duizendknoop en de Reuzenberenklauw ook aangetroffen op de taluds van de A27. Daar worden ze bestreden door 3Angle in samenwerking met Rijkswaterstaat. De Werkgroep Biodiversiteit van Samen voor Hollandsche Rading houdt daarbij de vinger aan de pols.

Voor het geval dat iemand in de openbare ruimte plekken ziet waar de Japanse Duizendknoop of de Reuzenberenklauw groeien, maak daar dan op de site van De Bilt een: Melding Openbare Ruimte
Als het goed is zal de gemeente dan actie ondernemen.

Japanse Duizendknoop

Praktische tips voor kleine groeiplaatsen:

1. Probeer de plant te verzwakken door de stengels meerdere keren per groeiseizoen af te knippen. Voer de stengels en plantenresten af in de grijze bak (restafval).
2. Probeer de uitlopers heel secuur te verwijderen, zonder dat er wortels achterblijven.

Meer informatie over de bestrijding van de Japanse Duizendknoop kunt u vinden op de website van de gemeente:

Reuzenberenklauw

Praktische tips voor kleine groeiplaatsen en tuinen:

Heeft u Reuzenberenklauw in uw tuin dan mag u die laten staan, maar u moet wel voorkomen dat er zaden worden gevormd waardoor de planten zich kunnen verspreiden. Het verwijderen van de planten is de meest effectieve maatregel om verspreiding naar de omgeving en gezondheidsschade te voorkomen.

Draag altijd beschermende kleding die het hele lichaam bedekt (laarzen, handschoenen en regenpak). Ook de ogen moeten goed beschermd zijn.

1. Steek de plant 15-20 cm onder de grond af; dit is net onder het groeipunt (indien nodig enkele keren in het seizoen herhalen). Dit is de meest effectieve methode.
2. Afmaaien is ook een optie; dit moet meerdere keren (minimaal 5 keer) per groeiseizoen herhaald worden.
3. Voer de plantenresten af met het groenafval.